Groen-geel en rode veters bij Ekiden

Hans Verbeek had enige tijd geleden een oproep geplaatst aan hardlopende webloggers om met een team deel te nemen aan de Ekiden estafette-marathon in Naaldwijk.

Tevens zou dat een zogeheten ‘goede doelen-team’ worden, het team zou de rode veters dragen die een ieder voor een luttel bedrag kan aanschaffen en waarvan de opbrengst wordt besteed aan voorlichting, onderzoek en middelen voor het opsporen van families met erfelijk hoog cholesterol. Dit om hartkwalen bij jongeren zoveel mogelijk te voorkomen door ze in een vroegtijdig stadium op te sporen.

Wie deden mee aan het team? Welnu, dat is duidelijk, zie de foto hierboven. Hans, Ron, Petra, Gert, Jan en ik zei de gek.

Zelf was ik met het openbaar vervoer (bus 23 en bus 126) gekomen. Het was toch nog een flink stuk lopen van de bushalte naar de atletiekbaan, die helemaal achteraan een gebied met veel voetbalvelden ligt. Toch was ik de eerste van het team. Even later kwam Jan, kort daarop gevolgd door Petra, Hans en Ron. De laatste, een vriendelijke Brabander, was ik nog niet eerder tegengekomen bij een weblogloop. Weer een nieuw gezicht achter een weblog erbij!

Na even in de kantine te hebben gezeten en onze t-shirts voorzien te hebben van de startnummers, waarbij tevens de volgorde van de lopers werd vastgesteld, gingen we naar ‘ons’ stukje wei waar we de tassen en meegebrachte stoeltjes neerzetten. Ondertussen werd er door deze en gene driftig gefotografeerd….

Maar goed, er moest gelopen worden. Om 13.00 uur precies werden de eerste lopers ‘weggeschoten’, toch zo’n 83 personen in totaal. Ron beet het spits af. Voortvarend ging hij van start, maar achteraf gaf hij aan het zwaar te hebben gehad: het was ook behoorlijk warm! Na circa 24 minuten keerde hij terug op de baan en gaf de wissel – in de vorm van een oranjekleurig draaglint – over aan de tweede loper, Petra.

Tussen deze foto’s van een rekkende Petra en een uitgeputte Ron…..

…..hoort deze foto van het moment dat Ron het lint overgeeft aan Petra!

Hetzelfde verhaal…. Hoewel Petra zeer ontspannen oogde en een mooi constant tempo leek te lopen, had ook zij het heel zwaar. Zeker, het was een prachtige dag, de hele tijd zon, maar de hoge temperatuur was voor veel lopers kennelijk een verzwarende factor. Toch kwam Petra, die twee ronden liep (10 kilometer) in een mooie 52 minuten over de meet, waarna het Gerts beurt was. Hij liep de vijf kilometer, na een ronde van 29 minuten kwam hij de baan weer op waar onze nestor, Jan, hem opwachtte. Deze ging evenals Petra ‘voor de tien’. Op het moment dat hij de eerste keer de baan opkwam en dus nog één ronde moest lopen, draaide ik mij – als vijfde loper – een beetje warm. Grappig is overigens dat ik even daarvoor nog een oude schoolgenoot zag, ik herkende hem meteen, ofschoon het toch alweer zo’n 42 jaar geleden is dat we elkaar voor het laatst zagen: Paul Oomen, in Naaldwijk een actief fysiotherapeut, loper en trainer. Naderhand hebben we nog wat gegevens uitgewisseld.

Jan kwam in een zeer nette 48 minuten binnen, toen was het mijn beurt. Ik zette er meteen aardig de benen in en had twee kilometer lang het idee dit tempo lang te kunnen volhouden. Toch kreeg ook ik het daarna wel moeilijk, maar hoefde niet veel in te leveren. Een korte stop (5 seconden hooguit) om water te drinken onderweg, daarna verder. In een heel behoorlijke 22.17 kwam ik aan de finish en wilde het lint overgeven aan de laatste loper, Hans. Maar waar was-ie? Gelukkig, hij stond in de buurt maar had gedacht dat ik er langer over gedaan zou hebben, hij stond nog te praten. Om het goed te maken(?) zette Hans er meteen de hoogste versnelling in, hij moest de laatste afstand van 7100 meter lopen en deed dat in 32 minuten! Als tussentijd op de vijf kilometer had-ie 22 minuten rond. Wel snel, al gingen zijn benen direct na afloop wel wat protesteren….

Maar goed, het sportieve deel van een prachtige en erg gezellige middag zat erop!

Haag Atletiek succesvol bij Ekiden

Al maakte ik ditmaal deel uit van het rode veterteam, ik ben en blijf natuurlijk óók lid van Haag Atletiek! Het is daarom dat ik met gepaste trots kond doe van de succesvolle prestaties van twee snelle Haag-teams. Zowel de heren als de dames mochten na afloop op de hoogste tree van de eretribune plaatsnemen! Het herenteam bleek de marathon het snelst te hebben gelopen, in 2 uur en 24 minuten, de dames deden er pakweg 20 minuten langer over.

Het snelste damesteam was dat van Haag Atletiek! Hier de huldiging

Nog meer groen-geel van en op de bovenste plank: het winnende herenteam!

Wij hebben nog even de prijsuitreiking meegemaakt, waarna wij ‘ergens’ in het dorp zijn gaan eten. Hans had aanvankelijk zijn oog laten vallen op een Pizzatent, maar deze kon de goedkeuring van het merendeel van het team niet wegdragen, waarna we bij de belendende ‘Chinees’ hebben gegeten. Een erg sober en kleinschalig restaurantje met een indrukwekkend zwaarlijvige patroon, maar het eten was prima. Een smakelijke afsluiting van een leuke dag. Voor herhaling vatbaar!

Van Neil Young naar Ekiden

Gisteravond zijn wij ‘en petit comité’ naar strandtent De Fuut gegaan, waar het seizoen werd afgesloten met muziek van een Neil Young Tribute band.

We hebben eerst op het buitenterras gezeten, want het was drukkend warm. Daar hebben we genoten van een fraai en gratis ‘son et lumière’ spektakel, veroorzaakt door onweersbuien boven de Noordzee. Pas toen de eerste druppels gingen vallen, gingen we naar binnen. Het onweer heeft trouwens niet doorgezet.

Het werd een relatief rustige avond, met goede muziek (de zanger van de band heeft echt een Neil Young-stem) en veel bekende gezichten, onder andere van de groep van trainer Barend Hemmes. Zij hadden deze avond en locatie aangegrepen voor een etentje. Zelf heb ik genoeg bier gedronken om een basis te leggen voor de Ekiden-loop, straks in Naaldwijk. Wel jammer: er werd geen Westmalle meer geschonken! Dan maar Dommelsch….

Later vanavond of morgenochtend, een verslag.

Herfststukje

Donderdag, mijn vrije dag. Zo’n vierdaagse werkweek bevalt mij goed, zeker met dat vermoeiende gereis de afgelopen dagen, inclusief vertragingen. Het was een beetje een ‘hangdag’ vandaag, ik kwam moeilijk op gang en alles ging op zijn elf-en-dertigst. Zo verging het mij gisteravond ook, tijdens de training. Er stonden zes maal één kilometer op het programma, waarvan ik er twee heb ‘vol’ gemaakt, zij het de eerste op honderd meter achterstand van de groep – moest weer eens mijn (rode!) veters vastmaken – , bij de tweede kreeg ik van Helmie 50 meter voorsprong maar werd binnen de kortste keren door de hele groep ingehaald. Toen ben ik maar op eigen gelegenheid naar de baan teruggelopen. Vermoeidheid van de Posbankloop? Zou zo maar kunnen, de benen voelden nog steeds ‘volgelopen’ aan. Maar vandaag kwam de aap uit de mouw: niezen, snotteren en af en toe hoesten. Een ouderwetse verkoudheid, dat had ik onder de leden.

Toch maar op de fiets gestapt, later in de middag. Het plan was om andermaal naar de Veluwe te gaan, maar op weg naar het station wijzigde ik dat plan.

Boven: Kapitaal edelhert, rusteloos op zoek naar hinden. Onder: Roedel edelherten, vorig jaar gefotografeerd op de Hoge Veluwe (bij wildkansel het Koeverbos)

Ik fietste langs de Koekamp en probeerde wat foto’s te maken van de levende have daar, maar de herten stonden te ver weg. Teruglopend naar waar ik mijn fiets had neergezet, zag ik dat een onverlaat op het punt stond ermee weg te rijden.

‘Hee!’ riep ik en snelde naar hem toe. De man begon gelijk te gebaren: ‘Sorry, sorry!’ riep hij en stapte snel af. Een wat haveloze vrouw, kennelijk een vriendin, zei: ‘Uitkijken hoor, die junks proberen fietsen te stelen!’ Jaja, dacht ik. En dat zijn jullie vast niet…. ‘Ik wilde even een proefritje maken, sorry mijnheer’, zei de al wat oudere man, klein van stuk, gekleed in een soort poncho. ‘Ja dat begrijp ik, maar ik wilde mijn fiets nog even zelf gebruiken’ hoorde ik mijzelf zeggen. Het tweetal droop af. Tja, ik had mijn fiets niet op slot gezet, het is een oude fiets en ik wist dat ik mij er maar vijftig meter van zou verwijderen. Toch maar doen voortaan.

Vervolgens fietste ik langs het gebouw van VNO/NCW het Haagse Bos in, langs Huis ten Bosch, en kwam in Clingendael terecht. De gedachte was om een paar natuurfoto’s te maken, om een beetje herfstsfeer vast te leggen. Maar vandaag was niet de ideale dag. Voor paddestoelen is het kennelijk iets te laat, ik heb ze althans heel weinig gezien, en het is nog te vroeg voor mooie herfstkleuren. Alle planten, struiken en bomen lijken dezelfde kleur groen te hebben.

Misschien iets te laat voor paddestoelen, maar deze stonden nog in Clingendael…. Thuisgekomen, bedacht ik mijn foto-archief door te bladeren en wat herfstfoto’s te verzamelen. In combinatie met de vandaag geschoten plaatjes moet er een aardig herfstblogje (herfststukje nieuwe stijl) van te maken zijn….

Reuzenbovist, tijdens fietsweekend Tilburg (oktober 2004) gefotografeerd

Die bovist maakte deel uit van een grote en unieke heksenkring

Ramakers, Schouten & Gielen

Héé, een nieuw advocatenkantoor? Of de naam van een nieuw zangtrio, naar analogie van Emerson, Lake & Palmer, of van een duo zoals Acda & De Munnik en Veldhuis & Kemper?

Nee, niets van dit al. Het zijn drie hardlopende dames, twee ervan zijn van Haag Atletiek: Helmie Ramakers (voor de aandachtige lezer van mijn weblogs inmiddels genoegzaam bekend) en Margreet Schouten, en – geen Haag-lid, maar eveneens enthousiast veterane – Monique Gielen. Alledrie hardlopende vrouwen die vinden dat het maar eens afgelopen moet zijn met de achterstelling van vrouwen in de hardloopsport. In hun streven worden ze gesteund door CDA-kamerlid en hardloopster Gerda Verburg.

Wat? Worden vrouwen dan nog steeds achtergesteld? Kennelijk wel, op sommige gebieden dan. Zoals bij het hardlopen, niet overal weliswaar, maar toch.

In de Runners World van deze maand komen de dames uitgebreid aan het woord. Wie geen tijd of zin heeft het blad te kopen, een samenvatting staat hier

Klassefoto

Graag had ik een bloemrijke beschrijving willen geven van de maandagavondtraining, maar helaas…. De NS had vanavond een gratis rondreis door Nederland verzorgd. Niet alleen voor mij, voor vele anderen veronderstel ik. Men kon daar geheel onvrijwillig aan meedoen! In mijn geval zou ik – als vaak – de trein van 16.18 uur naar Utrecht hebben genomen; van daaruit zou om 16.47 uur de intercity naar Den Haag gaan, alwaar ik om 17.30 zou arriveren. Het laatste half uur met tram lijn 3 naar de Laan van Meerdervoort, halte Zonnebloemstraat, en vervolgens vier minuutjes lopen naar huis.

Echter: er reden helemaal geen treinen meer naar Utrecht – stroomstoring, bleek later – dus reizigers werd aangeraden van Hilversum Noord via Amersfoort naar Utrecht te gaan. Zo gezegd, zo gedaan. Al na 20 minuten kwam die trein. In Amersfoort gearriveerd, bleek dat reizen naar Den Haag via Utrecht niet mogelijk was, dus even later zat ik in de trein naar Amsterdam, weer via Hilversum. Vanaf Amsterdam CS pakte ik een trein naar Den Haag HS. En toen weer een tram 12, overstappen op lijn 3.

Om 19.30 was ik al thuis! Maar goed, dat was te laat voor de training.

Ben ik daar erg rouwig om? Nou nee, niet echt. De beenspieren zijn best wat verzuurd en gevoelig na gisteren, en ik heb een pijnlijke blaar op mijn teen (eigen schuld, had ik maar sokken aan moeten trekken gisteren). Misschien dat ik dinsdag een stukje ga (uit)lopen.

Om toch nog iets te hebben voor vandaag, bijgaande foto. Het is de officiële ‘klassefoto’ van het goede doelen web-log team ‘Right to Play’. Gemaakt vóór de start van de Van Dam tot Damloop vorige week. Leuk toch?

Posbankloop

Helmie verslaat Carla Beurskens

Ze was weer zo trots als een pauw, onze Helmie. Niet omdat ze zo’n supersnelle tijd (1 uur 3 minuten) had gelopen (kan ook niet bij de Posbankloop, na vandaag kan ik volmondig beamen dat het de zwaarste 15 kilometer wegwedstrijd van Nederland is), maar omdat ze marathon-kanjer Carla Beurskens had verslagen. Maar Mike had Carla ook verslagen, zo zei hij zelf, Mike had ‘slechts’ 62 minuten nodig gehad om de afstand te overbruggen. Helmie was tweede vrouw in haar categorie geworden, dus wederom stond ze na afloop stralend op het podium met een bos zonnebloemen en een envelop met inhoud.

’s Ochtends hadden wij (Ton, Helmie, Mike en ik) afgesproken op het station Den Haag CS. We namen de stoptrein naar Arnhem, omdat de intercity naar Groningen vertraging had. In Arnhem stapten we over op een trein die ons binnen 20 minuten naar Velp bracht.
Daar aangekomen, werden de lopers begroet door een fanfareorkest.

Bij College Titus aangekomen, zag ik die andere snelle Haag-vrouw en vriendin Marjolein. Ook zij zou later een mooie tijd neerzetten, 1 uur 9 minuten. Ze stond te wachten op Carina, met wie zij bevriend is geraakt na hun ontmoeting bij de UFC-Challenge vorig jaar.

Op weg naar de start, met Marleen uit Wageningen….

Er deden ruim 2000 lopers mee aan de 15 kilometer. De vrouwen die dachten onder de 1 uur 12 minuten te blijven, mochten in een apart startvak vooraan plaatsnemen. En dat waren nog flink wat, waaronder – uiteraard – Helmie, Marjolein en Ank. Maar ook Marleen uit Wageningen, met wie we in het laatste stukje trein van Arnhem naar Velp aan de praat waren geraakt en naderhand pal na Helmie (1 uur 5) zou finishen.

Nadat het startschot was afgegaan, trok ik meteen flink van leer. Eigenlijk ging ik veel te hard, de eerste kilometer zat ik net boven de vier minuten, de tweede en derde kilometer gingen ook nog wel, maar bij het 4,5 kilometerpunt zakte ik flink in. Bij vijf kilometer ‘zat’ ik al op dik 23 minuten en toen moest de eerste steile klim nog beginnen. Nou, dat ging niet echt geweldig, aardig wat lopers en loopsters gingen mij voorbij – waaronder clubgenote Ank – en ik kreeg pap in de benen. En zo ging dat voor mijn gevoel door tot pakweg het 10 kilometerpunt, ik herstelde weer wat maar echt tempo maken zat er niet in.

De zogeheten ‘muur’ (enkele honderden meters naar boven en via een lus in de weg naar de top van een heuvel) heb ik grotendeels wandelend afgelegd. Het stuk daarna stortte ik met grote passen naar beneden en heb toen weer een paar mensen ingehaald. Zo kon ik de schade nog beperken. Uiteindelijk bereikte ik de finish in 1 uur 15, gegeven mijn lopen en de omstandigheden viel het mij nog mee.

Na afloop heb ik rustig uitgelopen, na nog even met Marjolein en Carina op nadere informatie te hebben gewacht – de dames onder de 1 uur 12 kregen nog een aardige bonusje van tien euro – , terwijl verderop Helmie met zonnebloemen het applaus in ontvangst nam.

Voordat we de trein naar huis namen, hebben we nog lekker gegeten bij ‘een Italiaan’ in Velp. Dit nadat we eerst bij een herberg verzeild waren geraakt, die reclame maakte voor een menu van negentien euro. Dat was echter alleen doordeweeks, ‘de kaart’ bleek aanzienlijk duurdere gerechten te bevatten dus hebben we daar alleen een aperitief gedronken….

Verhaalhalen – deel 2 (slot)

Het was om en nabij het Wilhelmina Gasthuisterrein, waar vandaag het proza- en columnistenfestival Verhaalhalen plaatsvond. Een gezellige oud-Amsterdamse buurt waar veel kunstenaars wonen en werken. Enkele tientallen van hen hadden hun huizen en ateliers op deze zaterdag opengesteld voor 25 schrijvers en hun publiek.

Om 13.00 uur, 14.00 uur, 15.00 uur en 16.00 uur begonnen op al deze locaties de voordrachten. Het voorlezen duurde ongeveer een half uur, waarna het publiek gelegenheid kreeg om vragen te stellen of met de schrijver in kwestie van gedachten te wisselen.

Vijfentwintig auteurs van bekend tot beroemd, maar iedere bezoeker kon er maar vier ‘hebben’ vandaag. Een scherpe keuze was dus vereist. Ik wilde die narrige intellectueel Hugo Brandt Corstius wel eens zien, of de erudiete Rudy Kousbroek, natuurbezinger Koos van Zomeren en levende legende Marga Minco, maar het werden uiteindelijk Wim de Bie, Saskia Noort, Herman Brusselmans en Midas Dekkers.

Wim de Bie las voor uit eigen werk in het huis van fotograaf Ron Zijlstra en keramiste Pauline Wiertz.

De auteur bleek een geanimeerd gastheer die de ongeveer twintig gasten tracteerde op enkele verhalen uit het leven van zijn alterego Mijnheer H.G. Foppe.

Verhalen waaruit naar voren kwam dat Foppe in feite een wat eenzame, verlegen man is met een sterke hang naar het ouderlijk huis. Zoals Wim de Bie zelf ook is, zo gaf hij ruiterlijk toe.

Bij de ‘rondvraag’ hoorde ik mijzelf vragen of al de types die De Bie in het verleden heeft gespeeld – Dirk, de leraar Duits, Ab van der Laak, Walter le Rochebrune – stukjes alterego van hem zijn. De Bie gaf aan dat deze types ontleend waren aan de werkelijkheid, maar met bepaalde types had hij iets meer. Zoals met mijnheer Foppe, maar ook Ab van der Laak, de gebroeders Temmes: allemaal karakters die aan het ouderlijk huis zijn blijven hangen. In die zin zag hij wel een rode draad. Zelfs zwerver Walter le Rochebrune woonde in een hutje in de tuin van zijn ouders….

Vervolgens gingen we naar het huis van 3d vormgever Emmy Ruis, waar de inmiddels immens populaire schrijfster Saskia Noort voorlas uit eigen werk. Ook hier weer die relaíe huiselijke sfeer met koffie, thee en koek. Alsof je op visite was bij een goede vriendin die gezellig een verhaaltje ging voorlezen. Alleen waren de fragmenten uit haar bestseller ‘Nieuwe Buren’ niet echt vrolijk te noemen. Zoals de kennismaking van hoofdpersoon Eva met haar nieuwe buurvrouw, die met haar man parenclubs bezoekt wat aan hun huwelijk alleen maar meer verdieping heeft gegeven. Dit staat ver af van de belevingswereld van Eva, die op haar manier invulling probeert te geven aan haar relatie met echtgenoot Peter.

Saskia zette uiteen dat het verhaal bij haar al schrijvende ontstaat, er is niet echt een vooropgezet plan of structuur. En dat haar verhalen altijd iets ‘zwaars’ hebben verbaast haar zelf nog het meest: “voer voor psychiaters” meende ze.

Derde ‘voorstelling’ was van Herman Brusselmans, die te gast was bij beeldend kunstenaars en keramisten Marijke Jansen en Jacqueline Bolmeijer. Wederom een huis vol kunstwerken, zoals uit bijgaande foto’s blijkt.

Brusselmans vertelde een aantal met veel humor doorspekte verhalen, maar ook een heuse liefdesverklaring. Naderhand vertelde hij dat hij ooit, in een vlaag van verlangen ‘serieus’ genomen te worden, getracht had ernstige, diepgravende verhalen te schrijven. “Daar ben ik maar mee opgehouden. Het is niet mijn ding, ik ben op mijn best als ik kan amuseren”, aldus de Vlaamse auteur. Hij wees de aanwezigen nog op de aanwezigheid van collega-langharig schrijver, sportcommentator Hugo Borst, die zojuist binnen was komen lopen. "Komen jullie straks naar mij luisteren, want nu kwam er niemand opdagen!" zei hij. Tja, ik hoorde dat Borst mooie verhalen kan schrijven, maar zelf had ik al andere plannen.

Tenslotte Midas Dekkers, te gast bij kunstschilderes Ati Lichtveld. Droogkomische verhalen waarin de veelal wat verwrongen houding van veel mensen ten opzichte van dieren centraal staat.
Mooie observaties had hij ook: zoals het verhaal van ‘de verloofden’ ("Weet iemand nog wat dat is, een verloving?"). Hij zag op een oude foto iets in de blik van een verloofd stel dat je tegenwoordig nooit meer ziet: verwachting. Want het enige dat je deed als verloofden was bij elkaar op schoot zitten: verder mocht je niet gaan. "Tegenwoordig kan elke wens onmiddellijk worden vervuld, mensen verwachten niets meer. En als je al iemand op straat ziet lopen met een vage glimlach rond zijn lippen, weet je: ‘Hee, die heeft een parkeerplek gevonden’.

Ook blikte Dekkers met enige nostalgie terug op ‘de echte opa’ zoals die vroeger bestond: een man die sigaren rookte en als je bij hem op schoot zat mocht je met zijn horlogeketting spelen. "Heel anders dan die tegenwoordige opa’s, die met een paars trainingspak aan zwetend door het Vondelpark hollen". Herkenbaar(?)….

Paella van spaghetti(ni)

Het is nog steeds mooi weer, zomers bijna, dus het volgende recept kan nog nèt. Nou ja, eigenlijk is dat flauwekul, je kunt dit zomer en winter eten. Elk seizoen eigenlijk. Smakelijk is het wel!

Ingrediënten

3 tot 4 eetlepels olijfolie
2 ons grote garnalen, gepeld (eventueel een paar ongepelde voor de garnering)
Stukje zeeduivel of andere stevige vis
1 ons gekookte mosselen
(Zee)zout
1 theelepel paprikapoeder
4 á 5 tomaten, gepeld, van zaad ontdaan en in stukken gehakt
4 á 5 kopjes visbouillon (van blokje of echte)
2 knoflooktenen
3 à 4 eetlepels gehakte peterselie
1 zakje saffraan (facultatief)
Spaghetti, liever nog spaghettini (dunnere vorm), doormidden gebroken
Paar plakjes limoen of citroen
Peterselie

"Ik maak er ERNSTIG bezwaar tegen dat ik louter als ingrediënt van een of ander paellagerecht word afgebeeld!"

Bereiding

Verhit de olijfolie in een grote paella pan (of grote koekenpan).

Voeg de garnalen toe en bak om en om 2 tot 3 minuten. Haal ze eruit en leg even apart.

Snij de zeeduivel in kleine stukken en laat eveneens een paar minuutjes bakken in dezelfde pan totdat het lichtbruin gekleurd is. Beetje (zee)zout erover en eveneens apart zetten.

Voeg desnoods meer olie toe in de pan. Doe de paprikapoeder erbij, even roeren en dan de stukken tomaat erbij. 5 minuten laten koken, af en toe om en om roeren. Doe de bouillon erbij en breng aan de kook.

Stamp in een vijzel de knoflook, paar eetlepels gesnipperde peterselie en (eventueel) de saffraan bij elkaar fijn. Lepeltje hete visbouillon er aan toevoegen, even omroeren en dan aan de tomatenmassa in de pan toevoegen, met de rest van de bouillon, en 2 minuutjes laten koken. De gebroken spaghettini en mosselen toevoegen en net zo lang koken tot de meeste bouillon geabsorbeerd is en de pasta beetgaar is.

Doe vervolgens de stukjes vis (zeeduivel of andere vis) erbij en de garnalen, breng aan de kook, dan van het vuur. Deksel op de pan en laat 5 minuten staan voor het opdienen. Garneer het gerecht met stukjes/schijfjes citroen en peterselie en zet de pan in zijn geheel op tafel.

Garneren met een salade, eventueel wat (stok)brood en een lekkere witte wijn of rosé.

Verhaal halen

Dat klinkt een stuk dreigender dan het is. Wat is het dan? De naam van een proza- en columnistenfestival, dat dit weekend wordt gehouden in Amsterdam.

Het festival vindt plaats in diverse woonkamers en ateliers op het Wilhelmina Gasthuisterrein (WG-plein). In totaal vijftig schrijvers geven er acte de présence. Op uitnodiging van organisator Ferry Simonis ga ik er de eerste dag heen, op zaterdag dus. Met introducee, dat is wel zo gezellig.

Net zo gevarieerd als de lokaties zijn de schrijvers, het zijn niet de eerste de besten: onder meer Wim de Bie, Herman Brusselmans, Hugo Brandt Corstius, Midas Dekkers, Rudy Kousbroek, Marga Minco, Saskia Noort, Thomas Rosenboom en Koos van Zomeren. En vele anderen!

Iedere schrijver draagt vier keer per dag op vastgestelde tijden voor uit eigen werk, en na elke lezing is er gelegenheid tot persoonlijke ontmoeting en discussie met de auteurs.

"Een bezoek aan Verhaal halen is een ontdekkingstocht vol literaire verassingen”, belooft Ferry Simonis, die al een behoorlijke reputatie heeft opgebouwd als organisator van ‘Dichter aan huis’, waarbij tal van dichters van naam en faam voordragen uit eigen werk. Bij particulieren, wel te verstaan! Die Simonis moet wel een groot liefhebber van poëzie zijn. “Welnee”, zegt hij. “Ik heb eigenlijk niets met gedichten, maar de meeste dichters zijn ontzettend leuke mensen. Daar doe ik het eigenlijk voor!”

Er zijn voor beide dagen nog kaarten verkrijgbaar. Tijdens het festival kunt u ze vanaf 12.00 uur bij de infobalie op het Wilhelmina Gasthuis-terrein kopen.

Verdere inlichtingen: 070 3465786.

Van Bronsthert tot Gouweleeuw

Right Time, Right Place. Om vijf uur precies was ik op de Hoge Veluwe, ditmaal via ingang Hoenderloo. Na tweehonderd meter was er de witte fietsenstalling, ik pakte zo’n rijwiel (dat was toch een geweldig idee van die provo’s destijds) en peddelde een kwartier lang stevig door tot aan het bezoekerscentrum. Daar kocht ik aardbeienjam, vlierbessenthee en nog wat Veluwse producten. Het was al vrij laat dus besloot ik eerst wat te gaan eten. In de vertrouwde uitspanning De Koperen Kop bestelde ik de inmiddels traditionele appelpannenkoek met kaneel, poedersuiker en stroop. Op deze maaltijd kwam ik de avond wel door.

Om 18.00 uur was ik bij het Koeverbos. Daar staat een schuilhut, die gisteren redelijk bomvol stond. Maar er was nog ‘een kijkgat’ vrij. Op het moment dat ik kwam aanfietsen hoorde ik al herten burlen, dus er zou wel iets te zien zijn. Maar het tafereel dat zich binnen vijf minuten ontvouwde overtrof mijn stoutste verwachtingen. Een typisch geval van ‘met de neus in de boter’.

Op ongeveer tweehonderd meter afstand van onze observatiepost stond een roedel van ongeveer twintig stuks kaalwild (hinden en kalveren), dat door een imposant plaatshert bijeen werd gehouden. De veertienender, zo zag ik door mijn verrekijker, onderbrak zijn geparadeer en gedraaf veelvuldig door luidkeels burlen. Een indrukwekkend geluid, dat van diverse kanten werd beantwoord. Opeens stootte een jongen die naast mij stond zijn vriend aan: “Kijk, daar komt er een, nu gaat het gebeuren!” Van rechts kwam een zo mogelijk nog groter hert het terrein opgelopen. Ook de nieuweling burlde luid en liep met vastberaden tred naar het roedel toe. Zodra de haremheer zijn rivaal in het vizier kreeg, verhevigde hij zijn geroep, een rauw en stotend gebrul. De uitdager liet zich daardoor niet uit het veld slaan, ging over in draf en bereikte het roedel. Ook in de schuilhut was de onrust toegenomen: overal klikkende en zoemende camera’s, en een gebrom en gefluister van belang.

De indringer had zich inmiddels bij het roedel gevoegd en even ontstond een kat-en muisspelletje met het plaatshert. Nu eens schreden ze zij aan zij, dan achtervolgden ze elkaar om beurten een stukje, stonden af en toe stil om te burlen, waarna het ritueel zich herhaalde. Onderwijl hielden ze elkaar vanuit hun ooghoeken scherp in de gaten. Na een minuut of wat dit stukje ‘psychologische oorlogsvoering’ te hebben opgevoerd bogen beide herten gelijktijdig het hoofd en haakten de geweien ineen.

Er ontstond een enorm pandemonium. Terwijl de twee matadoren op het veld met veel geweigekletter hun strijd leverden, kwam er vanuit het niets een ander hert met een breed veeltakkig gewei het terrein opdraven. Luid burlend dreef hij het inmiddels onbewaakte roedel kaalwild voor zich uit. Het spreekwoord ‘twee honden vechten om een been, de derde liep er mee heen’ leek hier opgeld te doen.

Het gevecht duurde naar schatting vijf minuten, waarbij iemand constateerde dat het plaatshert bloedde aan zijn kop. Als dat maar goed ging… Maar opeens was het afgelopen. Aan het gedrag van de indringer zag je dat hij ging opgeven en opeens was het ook gebeurd. Hij rukte zich los en rende weg, nog zo’n vijftig meter achterna gezeten door het plaatshert.

Bij de bosrand keerde deze weer naar zijn roedel terug, vermoeid maar triomfantelijk burlend. De verwonding aan zijn kop en hals leek mee te vallen, het was meer een schaafwond denk ik.

Een tweede gevecht met het andere hert zat er echter niet in. De laatste had een paar hinden uit het roedel weten af te zonderen en was nu druk bezig om dat groepje bijeen te houden, het plaatshert voegde zich bij de andere dames. Wel bleven beide herten elkaar voordurend uitdagen, wat veel geburl opleverde, maar voor de rest vonden ze het allebei wel goed zo geloof ik.

Wie een beetje indruk wil hebben hoe het klinkt, hertengeburl, klik op deze link van de vrienden van de hoge Veluwe

In de trein op weg naar huis zat nog een eenzame reiziger, Hans Gouweleeuw. Wij hebben nog een tijdje gezellig gepraat. Je komt die mensen van Haag Atletiek ook overal tegen, zelfs op de Veluwe…….