Of we willen of niet, we worden allemaal beïnvloed door reclame. Sterker nog: er wordt gedicteerd wat wij lekker moeten vinden, nee, wat lekker IS! Zo wordt ons de laatste tijd via allerlei reclameposters, advertorials en redactionele artikelen in dagbladen en tijdschriften ingepeperd dat ‘wij Nederlanders’ anders koffie zijn gaan drinken en steeds meer voor kwaliteit gaan. Niet ontkent kan worden dat er steeds fraaiere design-achtige koffiezetapparatuur op de markt komt – de senseo is een goed voorbeeld – en ook dat er meer variatie in het koffiedrinken is gekomen. En dat er meer koffieshops in de letterlijke betekenis van het woord zijn gekomen en nog bij komen. Maar of de koffie en cappucino die wij nuttigen nu zoveel beter of lekkerder is geworden?! Ik zet een groot vraagteken en uitroepteken achter deze vraag. In Parijs was Helmie helemaal idolaat van Starbucks, een soort McDonalds op koffiegebied maar dan een stuk trendier. Je kunt er allerlei verschillende soorten koffie krijgen en het is prettig zitten daar. Maar de kwaliteit? Die is wat mij betreft redelijk, maar bijzonder? Dat laatste wordt ons aangepraat: ben je hip, trendy, een mens van deze tijd, dan is het buitengewoon en te gek allemaal.
Neem nu de koffie-automaten bij ons op kantoor. Eerlijk is eerlijk: het personeel heeft inspraak gehad bij de keuze tussen drie modellen van diverse leveranciers, en er is een serieuze enquête gehouden welke koffie en cappucino het lekkerste (nou ja, het meest aanvaardbaar) was. Mede op basis van die enquète is tot de aanschaf van drie apparaten overgegaan. Maar na twee weken…. Nee, laat ik nou niet zeuren en opschrijven dat het bocht is wat wij nu drinken. Maar wat het dan wel is? Tja, eh…. Wie weet een synoniem voor ‘bocht?’
De grootste gotspe van de afgelopen weken was wel de reclame die Kiosk op het Centraal Station Den Haag maakte voor de cappucino die zij verkocht: “Koop hier uw overheerlijke cappucino, dat is ècht genieten!!” Het was vroeg, de Albert Heijn was nog niet open – daar kun je inderdaad heel aanvaardbare cappucino kopen – en de broodjeszaak ook niet, dus vooruit, bij Kiosk maar eens een bekertje gekocht. Eenmaal in de trein, ging ik er eens goed voor zitten want dat werd pas ‘puur genieten’, zoals mij ook nog eens via een tekst op het DE-bekertje werd toegeschreeuwd. Ik nam een slok en verstrakte ter plekke. Eén bak vuiligheid, en dan druk ik mij nog heel diplomatiek uit. Of eigenlijk moet ik het positief brengen: het was warm. Punt.
Nee, de lekkerste koffie drink ik toch thuis. Ik zet deze op een bijna onaanvaardbaar ouderwetsche manier, in zo’n stenen potje met van die gaatjes er in. Truttig? Ongetwijfeld. Omslachtig? Absoluut. Als ik voor pakweg zes mensen koffie zou moeten zetten, ben ik een uur of langer bezig.
Ik neem vrijwel altijd Mokka snelfiltermaling, het potje vul ik tot aan de rand. Daar gaat eerst een klein scheutje heet gekookt water overheen en dat ritueel wordt om de drie tot vijf minuten herhaald. Let wel, het kan lang duren voordat eindelijk de eerste druppels koffie-extract doorsiepelen, maar weersta de aanvechting om er dan maar een hele scheut water tegelijk bij te gooien! Steeds bij kleine beetjes, om de paar minuten. Dat duurt best een tijdje, wat zeg ik? Het duurt lang. Maar het resultaat is zeer sterk koffie-extract waarvan je maar weinig nodig hebt voor een smakelijk bakje.
En voor de rest: kopje neerzetten, wat van die koffie erin en heet water toevoegen voor de ‘zwart’ drinkers. Zelf kook ik melk en vul het kopje aan via een zeefje, maar je kunt (om velletjes te voorkomen) de melk ook met een vork of garde kloppen terwijl je het aan de kook brengt. Dat was het dan.
Grillige duizendjes
Zo, dat was Fred door de koffie-bocht. Maar gisteren ging ik op een andere manier door de bocht; eindelijk heb ik weer eens aan een training meegedaan. Het was ‘volle bak’ woensdagavond, met uitzondering van André was iedereen zo’n beetje aanwezig. Er stonden zes maal één kilometer op het programma. De snelleren zouden de kilometer(s) in pakweg 3’50’’, de trageren (ik dus) rond de 4’40’’ moeten afleggen. Alleen was ik nogal wispelturig in mijn tempo’s vanavond. De eerste ging ontspannen in 4’20’’, de tweede in 4’40’’, de derde in 4’09’’, de vierde hield ik mij in en liep met Rob en Rutger op, dat werd 5’20’’, de vijfde heb ik pakweg 450 meter meegelopen en ging toen terug, en de allerlaatste heb ik 500 meter meegelopen, dat ging best hard omdat ik de hete adem van de rest van de groep, die ook weer terugkwam, in mijn nek voelde.
Het was voor mij een beetje ‘spelen’ met de tempo’s vanavond en ook een beetje testen omdat ik al een week of twee niet serieus heb (mee)getraind, maar al met al ging het lekker en had ik er geen slecht gevoel over.
Filed under: Hardlopen/Cultuur | Leave a comment »