Gisteren, zaterdag dus, was een bijzonder dagje. Niet alleen omdat het 1 mei was, op zich al bijzonder omdat het de dag van de arbeid is, maar omdat Jan Letsch zijn verjaardag vierde. En wat daar zo bijzonder aan is? Twee dingen: in de eerste plaats was hij helemaal niet jarig gisteren (dat is-ie allang geweest, in februari), in de tweede plaats omdat hij een bijzonder leuke middag voor zijn Haag-vrienden heeft georganiseerd. En daar gaat dit blogje over.
Omdat het logistiek zo uitkwam, had ik namens zo’n dertien vrienden/vriendinnen cadeautjes voor Jan gekocht, twee grote en twee kleine flessen rum en voor de rest van het ingezamelde geld cadeaubonnen bij Zier Running. Dat was ‘s ochtends even na tien uur. Daarna thuis omgekleed en met de fiets naar de club, juist op het moment dat het met bakken uit de hemel kwam. De reden dat ik naar de club ging was omdat we tijdelijk afscheid moesten nemen van trainer Henk, die eerst een maand met vakantie gaat en daarna een operatie moet ondergaan. Het zal dus wel even duren voordat hij de teugels van zijn beoogde vervangers Ellen, Ilse en mogelijk trainer-coördinator Wim H. weer overneemt. De groep had een grote mand vol cadeautjes gemaakt (vooral veel boeken) waarmee Henk blij verrast was.
Let’sch Go!
Met Ton fietste ik naar de Eerste Binnenhaven, waar we bij het Brouwcafé zouden verzamelen. De meesten van onze groep waren er al en zaten aan de koffie. We hebben nog even gewacht op Hans, die kwam even later binnen. Daarna boden wij Jan de cadeautjes aan.
De flessen rum werden zolang achter de bar gezet, want we moesten nu zo’n beetje vertrekken, de vuurtoren wachtte op ons. De vuurtoren? Jawel, Jan had geregeld dat we een rondleiding in en een beklimming van de vuurtoren zouden meemaken. Door een misverstand waren we echter aan de late kant, wat bleek uit een briefje op de deur van de vuurtoren: "Mijnheer Letsch, ik heb drie kwartier gewacht en toen ben ik maar naar huis gegaan. U kunt mij bellen: …. " en toen volgde een telefoonnummer. Via mijn mobieltje belde Jan de gids, die bereid was weer te komen, zij het dat we ongeveer tien minuutjes moesten wachten.
Maar het bleek het wachten wel waard. Nico, zo heette de man, bleek Jan nog goed te kennen uit zijn jeugd, ze zijn min of meer leeftijdgenoten. Jan is 76 jaar, dus reken maar uit. Maar deze Nico bleek ook een doorgewinterde gids die veel wist te vertellen over de vuurtoren, de geschiedenis en de constructie ervan (gietijzer, evenals de hallen in Parijs) de diverse lampen die gebruikt werden voor de vuurtoren en het feit dat elke vuurtoren – waarvan boten het licht bij helder weer tot op 50 km afstand kunnen zien – een heel eigen seinpatroon heeft/had – waardoor scheepslieden precies konden bepalen waar ze zich op zee bevonden.
Ook beklommen wij onder leiding van onze gids de vuurtoren via de gietijzeren wenteltrappen naar boven, maar halverwege hadden we een stop waarbij Nico ons het sprookje vertelde van de zeemeermin, die tijdens het vissen in een van de sleepnetten terecht kwam, waarop de kapitein besloot ermee langs kermissen te gaan. Goudgeld verdiende hij met deze bezienswaardigheid, maar de in de zee achtergelaten zeemeerman smeekte om zijn lief weer vrij te laten. Toen dit niet gebeurde sprak hij de verwensing uit dat Schouwen Duiveland door een vloedgolf zou worden getroffen. En zo geschiedde.
Helemaal boven gekomen, ontstak ‘Mijnheer Nico’ ter demonstratie de lamp van de vuurtoren. Pas na een paar minuten kreeg het licht zijn volle kracht en leek het wel of de zon ging schijnen (op dat moment was het weer nog vrij bewolkt).
Ook gingen we naar buiten om van het uitzicht te genieten. Het was hoog, maar toch viel het nog mee (de toren zelf is 40 meter, met de verhoging waar-ie op staat meegerekend 55 meter). De reden dat het licht van de vuurtoren zo hoog zijn stralenbundels uitzendt, is vanwege de kromming van de aarde. Dit was het antwoord op een vraag die onze gids even daarvoor had gesteld en door Frank, de astronoom van het gezelschap, onmiddellijk correct werd beantwoord. Inderdaad, wel zo logisch.
Eenmaal weer beneden en afscheid genomen te hebben van onze gids (die nog heel veel meer had verteld over van alles en nog wat en ook nog de misthoorn liet loeien), liepen we met gastheer Jan naar het Schevenings Museum (Muzee) via een toeristische route vol pittoreske Scheveningse straatjes waar je normaliter niet zo snel komt. Veel van de huizen zijn gerestaureerd, sommige panden staan op de lijst van Monumentenzorg en ik denk dat je wel een paar losse stuivers moet bezitten om in zo’n huisje te kunnen wonen. Maar het zag er allemaal heel verzorgd uit.
Ook passeerden we de Magneetbuurt, ‘andere Jan’ – half Rotterdammer, half Scheveninger – zei dat dit ooit de beruchtste buurt van Den Haag en Scheveningen tezamen was. De jeugdbende van De Magneet bestond uit asocialen die berucht waren om hun agressiviteit, iedereen was bang voor hen. Een wandeling door de Magneetstraat stond destijds – enkele tientallen jaren geleden nog – gelijk aan een verkapte poging tot zelfmoord. Nou ja, dat is ook een beetje overdreven maar lekkere jongens waren het niet. Let wel, deze kwalificaties zijn van Jan G., die zelf in deze buurt is opgegroeid en ‘van de Magneet’ was!
Daarna liep de route gedeeltelijk door via de Keizerstraat met de Oude Kerk aan het eind, een van de oudste bewaard gebleven gebouwen in Scheveningen.
Uiteindelijk bereikten we via de Kinderboerderij (inclusief een kort bezoekje) het Schevenings Museum. Daar wachtte ons een ontvangst in het museumcafé met koffie en gebak (appeltaart met slagroom). Dat had Jan voor ons geregeld. Ook hier vertelde een van de aanwezige mannen ons over hoe het vissen op zee destijds in zijn werk ging. Daarna gingen we het museum bezichtigen.
Er was van alles te zien: schilderijen, schelpen, opstellingen, replica’s van schippersboten. Hier was Jan, onze gastheer, zelf onze gids. Ook waren er erg veel foto’s en krantenberichten die in zo’n posterklapper-opstelling (ik kan niet zo goed op het juiste woord komen) aan een wand hingen, met interessante historische beelden, onder andere van de diverse bezoeken van vertegenwoordigers van het Koninklijk Huis aan Scheveningen.
Tot slot was er een presentatie met lichtbeelden waarin de geschiedenis van de boulevard, het Kurhaus en de Pier van Scheveningen aan bod kwam. Een veelbewogen geschiedenis, compleet met het afbranden van de oude pier, de wederopbouw daarvan, de oorlog toen de boulevard was omgetoverd tot een onaantrekkelijk ‘Sperrgebiet’ en de afbraak van historische panden tot het moderne Scheveningen van nu.
Wel grappig was dat we in het museum nog een ander gezelschap tegenkwamen, leden van de Scheveningse schaakclub, waaronder Dick de Jong en Bert Gerritsma, niet alleen prominente (bestuurs)leden van deze vereniging, maar ook nog eens lid van Haag Atletiek! Een verrassende ontmoeting. Dat was tijdens onze tweede consumptieronde in het museum, we gingen toen buiten zitten in het inmiddels doorgebroken zonnetje.
Na het museumbezoek gingen we andermaal via pittoreske straatjes naar ons uitgangspunt, het Brouwcafé waar onze fietsen stonden. Onderweg daarheen passeerden we het huis annex atelier van een kunstenaarsechtpaar. We mochten even naar binnen om een kijkje te nemen. Zeer productieve mensen zijn het, makers van bronzen sculpturen en beelden in klei van hoogwaardige kwaliteit. Ze werken ook in opdracht, de vrouwelijke helft van het echtpaar is ook nog iconen-schilderes.
Eenmaal terug bij het Brouwcafé, pakten wij onze fiets en peddelden wij met z’n allen via de Kanaalweg naar de eindbestemming van deze dag, het Wok-restaurant bij het Rosarium in het Westbroekpark. Daar was Marjolein al gearriveerd, zij kon niet de hele dag mee maar wel had ze het restaurant gereserveerd – na opgave van het aantal deelnemers – . We hebben daar prima en gezellig gegeten. Eerst een voorgerecht – zalm, tong of gamba’s – daarna een soepje (kippen- of tomaten) waarna je zelf een, twee of meerdere malen in het wokgedeelte allerlei groenten, vlees- en vissoorten, fruit, sushi’s, rijst, bami, enfin, je kunt zo gek niet bedenken kon opscheppen en laten wokken door een van de dienstdoende koks.
Na een dankwoord van Jan (de dank is geheel wederzijds Jan) braken wij op en namen afscheid van elkaar. Zelf ben ik met Paul en Arne teruggefietst naar huis, we wonen bij elkaar in de buurt. Al met al konden wij terugkijken op een zeer geslaagde dag!
Drenthe
Vandaag ga ik snel even op en neer naar Drenthe. Arne heeft ook foto’s gemaakt van de Scheveningse happening gistermiddag, een aantal daarvan plaats ik later, mits gepermitteerd natuurlijk.
Filed under: Sociaal/Cultureel | 8 Comments »