Het was de afgelopen week de week van het hardlopen in de meest pittoreske stadjes van de regio, Delft en Leiden. Waar ik een paar dagen terug, op Hemelvaartsdag, nog een bevredigende 49 minuten en nog wat (ik ben nooit zo precies met de seconden) liep bij de Golden Ten, wilde ik het vandaag, tijdens de Leiden Marathon, wat rustiger aan doen. Dat wil zeggen, qua afstand, dat werd dus 5 kilometer. Maar als je aan zo’n relatief korte loop meedoet, betekent dat wel dat je meer je best doet, in de zin van tempo maken.
Aan het eind van de ochtend verliet ik huis en cv en ging met het openbaar vervoer (tram en trein) naar Leiden. De reis verliep zeer voorspoedig, ik kon voortdurend van het ene in het reeds klaarstaande andere vervoermiddel overstappen. Om kwart over elf was ik in de sleutelstad. Rustig kuierde ik naar het centrum. Op dat moment was het nog rustig op straat, er waren niet veel hardlopers en hun publiek. Nu was het wel zo dat een groot aantal lopers toen al op het punt stond van start te gaan op de langste afstanden, de halve en de hele marathon. Op het moment dat ik bij de Pieterskerk arriveerde, waren deze lopers al lang en breed onderweg.
Nadat ik de locatie had gevonden waar je je kon inschrijven (dat moest ik nog doen) liep ik naar de Garenmarkt, daar kon je niet alleen je tas kwijt maar had je ook zicht op passerende lopers. Ik kon nog juist de nummer twee, en vervolgens de nummer drie en vier van de hele marathon, voorbij zien gaan. Plaatje schieten maar.
Nog steeds was het vroeg dus ik liep weer terug naar de kerk. Mooi, zo’n kerk, al zijn het nu de gelovigen van de hardloopsport die er komen en dat zijn niet per definitie allemaal gelovigen van Onze Lieve Heer. Daar ontmoette ik Jan Wieringa, generatiegenoot, Rolling Stones-fan, èn vader van Marcel Wieringa, die niet alleen de baas is van een Hardloopwinkel maar ook nog een aardig stuk kan weglopen, later zou hij de 10 km binnen de 36 minuten volbrengen. Zijn vader elf minuutjes later wat ook bepaald niet slecht is te noemen. Ik scoorde nog een bekertje koffie en verschanste mij even later achter een soort kamerscherm nabij de ingang, waar ik mij omkleedde en het startnummer opspelde.
Weer terug naar het startgebied. Even voor de brug kwam Ronald mij tegemoet met vriendin Sylvia, niet ‘Running’ want dat hadden zij zojuist gedaan, de halve marathon. … Klaarblijkelijk had Ronald haar ‘gehaasd’ en dat was redelijk, maar in Sylvia’s beleving niet helemaal succesvol verlopen: de tijd van 1:37 minuten die haar voor ogen stond is niet gehaald, maar de 1 uur 40 minuten die ze wel liep is er toch ook een om over naar huis te sms-en…
Speciaal voor Erwin (van Diemen) vroegen wij aan drie passerende lopers om een foto van ons drieën te maken. ;-).
Verderop liep ik door de straat waar we even later van start zouden gaan. Een vrij jonge, zo op het oog hindoestaanse, man sprak mij aan en vroeg wat ik van plan was op de 5 kilometer. Nou ja, 24 minuten zou mooi zijn en alles eronder nog mooier. Zelf had de man ambities om de vijf kilometer in 20 minuten te lopen. Ik ben benieuwd of het hem gelukt is, even later zag ik hem na de start er als een haas vandoor gaan, dus het zal wel.
Weer terug naar een van de kramen op de Garenmarkt waar men zijn of haar bagage kon achterlaten. Ik had startnummer 15298, kennelijk zo hoog omdat ik een late inschrijver was.
Al met al stond ik 25 minuten voor de start in het startvak, wat als voordeel had dat je vrij vooraan staat. Dat kleine halve uurtje staan was geen straf, want het weer was best aardig, de temperatuur ook, en de zon was weliswaar niet sterk maar hij scheen wèl. Via de luidsprekers hoorde ik omroepen dat clubgenote Lindsay van Marrewijk haar eerste marathon zojuist in 2 uur 42 minuten had afgerond. Verbazend goed. Maar uiteindelijk gingen we van start.
Meteen flink in de benen en maar zien of ik dat pittige tempo kon vasthouden. Dat bleek inderdaad grotendeels het geval. Het was een echt stratenparcours met hier en daar een bruggetje. Het voordeel van vijf kilometer is dat het zó voorbij is, mits je tempo maakt. En dat ging, al zou je dat aan die moeizame kop van mij niet zeggen (dank aan John voor de foto!). Uiteindelijk was ik best tevreden met mijn tijd, 23.39 minuten. Ik was 142ste van de ca. 950 lopers op de vijf. Ik ben op de goede weg terug nu, en wat belangrijker is: ik voel dat het loopvirus weer een beetje gaat opspelen. Nu heel blijven.
Terug naar de garenmarkt, omhangen met een medaille en een flesje sportdrank in de hand, haalde ik&
nbsp; mijn tas op en ging een verkleedtent binnen. Daar zat zowaar Richard van der Klis, hij had weer eens een marathon gelopen. En niet slecht ook, 3 uur en 13 minuten! Het ultralopen heeft hem niet trager gemaakt.
Nog even wat gepraat met Richard en later met John, die ook de marathon had volbracht. Beiden hadden mooie flitsende nikes aan, waar ze zeer tevreden over waren, ‘Alsof je op je blote voeten loopt’.
Op de terugweg naar het station heb ik eerst nog lange tijd gekeken naar de lopers van de 10 kilometer, die een uur na de 5 km van start was gegaan. Ik stond bij een hek even over een brug. Na de drie eerste lopers – wat een snelheid, wat een stijl – kwam er een hele tijd niets, vervolgens de anderen. Wat opvalt dat iedereen, echt iedereen, helemaal voor zijn of haar race ‘gaat’. Dat is ook het mooie van hardlopen, duizenden nemen deel aan zo’n evenement en voor ieder van hen is het een strikt persoonlijke belevenis.
Tijdens deze 10 km loop heb ik een aantal bekenden gekiekt. Ik moet zeggen dat dit er niet ontstellend veel waren. Er waren opmerkelijk weinig Haag-atleten. Wel Bert Gerritsma, die een mooie 41 minuten-en-nog-wat liep op de 10 km. Verder vader en zoon Wieringa (hier al eerder genoemd), iemand met een ‘Be More Ultra-shirt’ (misschien weten Ronald, Léonie of Martine wie dat is?) en Gerda, een vriendin van ons. Prachtig om al die lopers zo te zien finishen. Ja, ik weet het, het zijn allemaal heel kleine postzegelplaatjes, maar een muisklik doet wonderen…
Bijna ontroerend was de aankomst van de laatste op de marathon, deze dame. Ontzettend knap. Ze straalde helemaal, maar wat wil je met zo’n escorte, dat valt de eerste loper niet ten deel…
Filed under: Hardlopen | 18 Comments »