De wielewaal

Kom mee naar buiten allemaal
Dan zoeken wij de Wielewaal
En horen wij die muzikant
Dan is zomer in ‘t land!

Duudeljoo klinkt zijn lied
Duudeljoo klinkt zijn lied
Duudeljoo en anders niet

Helaas, wie de wielewaal (Oriolus oriolus) vandaag de dag wil horen zal de randstad moeten verlaten. We kunnen dan – bijvoorbeeld – het beste naar de Flevopolder, Overijssel of het Lauwersmeer gaan. Ze broeden ook in Brabant, al wordt hun roep er tegenwoordig minder gehoord dan in de jaren vijftig. Des te meer echter in genoemde Noordelijker gelegen bosrijke gebieden, waar ze hun wijk hebben genomen. Waarom dat zo is? Dat zijn zo de raadselen der natuur. Wel is bekend dat wielewalen zich bij voorkeur in de bovenste lagen van boomkronen ophouden, en hoge bomen zijn er niet zo veel meer, dank zij onze ongebreidelde expansie- , kap- en ordenings-drang. (zie ook de website voor natuurwaarnemingen).

Een prachtige vogel is -ie wel, de wielewaal: vooral het mannetje. Hij is zo groot als een lijster, met een rode snavel en een opvallend geel-zwart gekleurd verenkleed. Dat van het vrouwtje is eenvoudiger, meer groenbruin getint. Merkwaardig genoeg vormen deze kleurstellingen juist een uitstekende camouflage. Wie omhoog kijkt in de boomkruin ziet slechts een hoop bewegend blad, het groengeel van de vogels valt daarin niet op.

Wielewalen schijnen ook een vorm van mantelzorg te kennen. Jongen van het vorige jaar helpen bij het uitbroeden en voeden van jongen van de nieuwe generatie. Vooral in open gebieden, waar grote afstanden worden afgelegd om voedsel te vinden, komt dit bijzondere gedrag veel voor. De roep van de wielewaal is bekend, al was het maar door bovenstaand liedje. Wie heeft dit nooit gezongen als kind, vooral tijdens boswandelingen? Maar ja, wie maakt er vandaag de dag nog boswandelingen? Voor het merendeel bejaarden. Eigenlijk wel zo rustig. Jongeren ervaren bossen maar al te vaak als saai, worden ze ouder dan gaan ze natuur weer meer (her)waarderen.

Maar terug naar de wielewaal. Hoe klinkt zijn lied nu echt? Eigenlijk is dat heel simpel, één strofe slechts, maar door de volle klank toch indrukwekkend: ‘du-di-di-lio’ of ‘di-wi-dlio’. Klik even op deze pagina vol wielewalengezang. Bij elke van de vier geluidsfragmenten hoor je ook steeds wat gekrijs (‘Shrèèèk!), ook dat is van de wielewaal, waarschijnlijk het vrouwtje, of de jongen. Af en toe kwetteren er enkele andere vogels doorheen, zoals de Winterkoning. De opnamen zijn gemaakt door ene Rommert Cazemier.

Koopgoot

Was ik toch nog vergeten te vermelden gisteren: ik ben afgelopen zaterdag ook nog naar Rotterdam gegaan om onder andere op de Lijnbaan en in De Koopgoot te shoppen (Grappige naam trouwens, Koopgoot). Beetje snuffelen naar zomerkleding e.d. en dan maar hopen dat je iets van je gading vindt.

Waarom naar Rotterdam? Daar zijn meer mode- en kledingwinkels dan in Den Haag, dus zou er meer assortiment èn meer keuze moeten zijn. Op zich klopt dat wel, maar ècht aparte dingen zie je niet veel. Allemaal dezelfde kleuren, tinten en dessins. En voor echt speciale of heel mooie kleding moet je veelal een onredelijk aantal euro’s neertellen. Verder zie je bijna nergens meer speciale boetieks, het zijn allemaal grote winkelketens tegenwoordig.
Uiteindelijk ben ik gedeeltelijk geslaagd: bij Henne & Mauritz, waar ‘milieuvriendelijke kleding’ wordt verkocht, heb ik twee shirts met korte mouwen gekocht. Niet helemaal wat ik voor ogen had, maar het is iets.

Interne kommunikaasie
Een bos bloemen voor de drie organisatoren (waaronder ikzelf), gebak bij de koffie en champagne na afloop: dat waren de aangename randverschijnselen bij een quiz voor het personeel, die gistermiddag werd gehouden in de hoorzaal van het Commissariaat voor de Media.

Aanleiding was de honderdste ‘InterCom’, het veertiendaagse personeelsblad. Nou ja, blad, qua formaat is het misschien wel een van de kleinste personeelsbladen die er bestaan: één A-viertje, aan weerszijden bedrukt, met diverse korte stukjes: over een belangrijk besluit dat is genomen, een (dienst)reis van deze of gene, huishoudelijke zaken, een (welkomst- of afscheids)interview, de agenda voor de komende weken, de ‘cultuurtip’, enzovoorts. Dat alles gelardeerd met een of meer foto’s en/of illustraties.

Kortom: de InterCom draagt bij aan de interne communicatie, en daar ging het bij deze quiz ook om.

Jan van Cuilenburg, de voorzitter van het Commissariaat (en hoogleraar Communicatiewetenschap aan de UvA), hield voorafgaand aan de quiz een kort ‘college’ over communicatie. Het was een humoristisch betoog dat er (kort door de bocht) op neer kwam dat intermenselijke communicatie bijna per definitie gedoemd is te mislukken. Ter ilustratie fluisterde hij iemand een zinnetje in het oor, die dat weer moest doorgeven aan zijn of haar collega, enzovoorts. Een klassiek voorbeeld van hoe informatie vervormt in de loop der tijd, al moet gezegd dat de zin de eindstreep redelijk heeft doorstaan.

Er waren zes teams, te onderscheiden door een kleur. Elk team wees ter plekke een woordvoerder aan. Wist de woordvoerder het antwoord al, dan moest toch binnen de onderscheiden groepen worden overlegd alvorens naar een tafeltje in het midden van de zaal te snellen en op de bel te drukken. Zelf had ik de schone taak om als grensrechter het woord te geven aan degene die het eerste had gedrukt.

Opvallend was dat veel vragen fout werden beantwoord, ook vragen die niet onmiddellijk met de Mediawet te maken hadden zoals: ‘Wat is het alarmnummer’ en ‘hoeveel dienstfietsen zijn er?’
Eigenlijk niet eens zó gek, mensen passen in het dagelijkse leven van alles en nog wat met succes toe zonder alle ins en outs te weten. Bovendien kun je tegenwoordig, als je iets nodig hebt, alles opzoeken.
Wel opvallend was dat het met elkaar overleggen niet overal een vanzelfsprekendheid was. Een enkele keer werd de bel al ingedrukt voordat de vraag helemaal gesteld was.

Het winnende team kreeg de trofee, een muur met daarin een bijl. Symbool van het slechten van muren, waarmee de stap naar een (meer) open communicatie is gezet.

Al met al een toch een geslaagde middag.

Leg neer die bal!

Mike Vrolijk is niet alleen een goede hardloper, maar tevens een enthousiast tennisser. Laatst ging hij in zijn enthousiasme zó ver dat hij, bij ontstentenis van een tegenspeler, zelfs deze argeloze passant tot een partijtje probeerde te verleiden. Mijnheer De Vos, ook de beroerdste niet, volgde de instructies van zijn tweebenige coach op en nam de bal gewillig aan. Vervolgens echter trekt-ie er wel een gezicht bij van: “Tja, wat moet ik hier nu mee?!”Nou, u voelt het al: van tennissen is niet veel meer gekomen, althans niet met deze tegenstander. Maar mooi is hij (of zij?) wel, en lief ook. Van mij mag hij en zijn familie lekker in de duinen en omgeving blijven rondstruinen…..

Weekend-varia
In een van mijn nostalgische logs memoreerde ik mijn ontmoeting met ex-collega Henk Neuteboom. Bij die gelegenheid gaf hij aan dat zijn vriendin Petra Lether tekeningen die ik ooit voor hem had gemaakt (ik tekende altijd voor feesten en partijen) zou scannen en naar mij toe zou mailen. Die tekeningen heb ik begin jaren zeventig gemaakt ‘uit de losse pols’. Henk was toen een fanatiek trimmer, wij hebben samen heel wat kilometers afgelegd bij de prestatielopen destijds. Dus een enkele keer was lopen een thema in die tekeningen.

Het was leuk om al die tekeningen weer te zien, ik wist niet eens meer dat ik ze had gemaakt. Ter illustratie hierbij een paar.

Zorgshoppen
Het weekend bestond niet alleen uit hardlopen en de Golden Ten. Omdat een weblog ook de functie van dagboek heeft, toch nog even deze feiten nalopen.

Zo ben ik druk in de weer geweest met van alles en nog wat te regelen voor mijn vader, die naar het verzorgingshuis gaat. Via de kordate dame van Deo Gratias konden wij voor een habbekrats een grote inventaris (bed, boekenkast, lampen, enzovoorts) overnemen van een mijnheer die naar verwachting binnenkort komt te overlijden. De familie moest alles kwijt, vandaar. De een zijn dood….

Dus die vrijdag was ik met een steekwagen in de weer om de meubels naar de kamer van mijn vader te vervoeren. Afgelopen woensdag heeft hij het contract getekend, dus in feite is hij al huurder. Het zal echter nog wel een paar weken duren voordat hij helemaal over is.
Ook heb ik een uitgebreide boodschappenlijst van het verzorgingstehuis meegekregen en van alles en nog wat gekocht bij Blokker (pedaalemmer, wasmand, steelpan, waterkoker enzovoorts) en Zeeman (handdoeken, lakens, slopen, onderbroeken, enzovoorts). Niet de duurste winkels weliswaar, maar al met al heb ik een paar honderd euro moeten voorschieten. Dat tikt aan!
Toch ook maar meteen een forse bos bloemen laten bezorgen bij de doortastende dame.

Oud-collega Henk Neuteboom zoals ik hem in 1973 vereeuwigde… Hierboven mijzelf en een andere collega, Henk RecourtZaterdagochtendtrainingEr is ook nog getraind dit weekend. Op zaterdagochtend, wel te verstaan. Het werd een vrij lange, extensieve duurloop. Via de havens van Scheveningen gingen we naar de boulevard en liepen zo richting duinen. Bij de watertoren gingen we terug, door Klein Zwitserland, langs de Waterpartij, over de Frankenslag en de Houtrustweg het Westduingebied in. Het was een parcours met vrij veel heuveltjes, maar ik kon goed meekomen. Mike en ik waren het eerst terug op de Laan van Poot, wij hadden er toen 100 minuten opzitten, maar de anderen – Helmie, Ton en Marvin – heb ik niet meer gezien. Waarschijnlijk hebben ze er toch nog een stuk aangeplakt. Rob en Henk waren overigens al eerder teruggekeerd.

Wederom een mooie training, waarmee ik overigens niemand het recht ontzeg een reactie met gezonnebrild zonnetje te plaatsen!

Vijf kilometer in 21 minuten!
Ja, dat kun je zeggen als je netto-tijd 21’59” is. Het is net als iets wordt aangeboden voor € 999,- , dat is dus nog láng geen 1000 euro!
Maar goed, dat moest ik toch nog even kwijt. De geactualiseerde uitslagen van de Golden Ten staan nu op internet!

Van Golden Ten tot Oresteia

Eerst nog een paar foto’s van The Golden Ten.

De 5 kilometerlopers zijn zojuist gestart….

Sfeerimpressie voor de start van de tien kilometer



Huldiging van de winnaars van de vijf kilometer





Voor en na de finish van de tien kilometer


En tenslotte Lodewijk met enkele snelle HAAG-dames. V.l.n.r: Marleen Westhoff, Helmie Ramakers en Ellen Oostvogel, voor wie hij ditmaal als ‘haas’ fungeerde

De Oresteia

Na een middag vol sportieve heroïek in Delft, deed ik dat ‘s avonds nog eens dunnetjes over. Ditmaal was het uitsluitend kijken naar heroïek, in de vorm van een toneelvoorstelling.Het betrof de Oresteia, een waarlijk klassiek Grieks Koningsdrama, het epos over opkomst en ondergang van de machtige koningsdynastie Atreus. Dit stuk werd opgevoerd in de Lourdeskerk in Scheveningen. Het was best nog haasten, de voorstelling begon om 18.00 uur. Laatkomers hadden pech, na aanvang van de voorstelling moesten zij wachten tot de volgende akte.

In de kerk waren aan alle vier zijden bouwstellages opgezet, drie verdiepingen, met op de planken twee tot vier rijen stoelen voor het publiek. Zo zat iedereen eerste rang. Het stuk bestond uit vier akten, aan het eind van de eerste akte kon men een warme mediterane maaltijd genieten, en na de derde akte was er nog een pauze.


De Oresteia is geen luchtige kost, maar wel erg goed, zeker naarmate de voorstelling vorderde. Vooral in het begin was het even wennen, die verheven archaïsche zinnen, de wat gestileerde choreografie. Kunstzinnig, zeker, mooi om te zien ook, maar desondanks moest ik vechten tegen de slaap. Dat kwam ook van de vermoeienissen eerder op die dag. Maar na de maaltijd, dus na de eerste acte, was de vermoeidheid op slag verdwenen en zat ik tot het eind van de voorstelling letterlijk en figuurlijk op het puntje van mijn stoel.


Oresteia (van Aischylos) vertelt het verhaal van een koning die zijn dochter laat doden. De moeder neemt wraak, daarbij geholpen door haar minnaar. De zoon beslecht het familiedrama ten slotte door op zijn beurt tot moord op zijn moeder en haar vriend over te gaan. De God Apollo heeft hem hiertoe aangezet.


Dit ruim tweeduizend jaar oude Grieks drama over bloedwraak en eerwraak kondigt tegelijkertijd de introductie van een juridisch systeem aan. Dat laatste intrigeerde regisseur Johan Doesburg: “Het aan anderen overlaten of ons eigen handelen gelegitimeerd is; schuld of onschuld door anderen laten wegen, het is het begin van de moderne rechtspraak”.

The Golden Ten – Geef mij de vijf!

Het blijft toch een van de leukste en best georganiseerde hardloopwedstrijden van de regio: The Golden Ten, het paradepaardje van De Koplopers, waar Hans Verbeek ook een belangrijke rol in speelt. Zelf zou ik de tien kilometer hebben gelopen, ware het niet dat ik ‘s avonds alweer vroeg in Den Haag moest zijn voor een toneelvoorstelling (waarover later meer). Dus werd het ditmaal de vijf kilometer, die vandaag vroeg begon, om 14.00 uur (de tien kilometer een uur later). Met 260 anderen werd deze relatief korte afstand gehold, waarbij het wel zo is dat je er van meet af aan flink de pas in moest zetten, wil je een redelijke tijd halen. En die tijd was in mijn geval heel redelijk, 22 minuten en 15 seconden, op mijn klok gingen daar nog eens tien seconden van af. Dat geeft de burger weer moed, eens kijken of er straks bij de 5 kilometer kerkpolderloopjes weer wat afgeknabbeld kan worden. Zo blijven wij lopers maar bezig….

Marjolein Dam werd tweede dame op deze afstand in een mooie tijd van 19 minuten en 31 seconden. Dat werd een plaatsje op het ereschavot en een bos bloemen! Een van haar jeugdige concurrenten bleek haar net iets te snel af…

De tien kilometer was sterk bezet met regionale toppers. Vooral bij de dames hebben er enige lichte aardverschuivingen plaatsgevonden. Ook hier heeft HAAG Atletiek zich niet onbetuigd gelaten. Zo werd Wendy Spijkers niet alleen eerste dame, maar liep voor de eerste keer in haar leven onder de 36 minuten, bovendien versloeg ze – eveneens voor het eerst – haar grote concurrente, veterane Carla Ophorst. Tot mijn verbazing stond Wendy niet in de uitslagen, ik weet niet wat er mis is gegaan….

‘Onze’ Helmie was ook blij. Netto klokte ze net even onder de 38 minuten, ook voor haar een PR!

Ook groepsgenoten Mike en André liepen snelle tijden, de tevredenheid is op bijgaande foto’s van hun gezichten af te lezen! Op de bovenste foto, naast Helmie: Ed Doorschodt, een van de snelste wegatleten van HAAG.

Wendy evalueert de wedstrijd met Helmie en Ton

Weblogger, schaker en snelle 55 plus veteraan Bert Gerritsma was ditmaal iets minder tevreden met zijn tijd…

Robuuste musculatuur, niettemin snel: weblogger Richard van der Klis!

In het log van morgen méér foto’s van The Golden Ten!!

Lopen in vroeger jaren….

Weer een paar foto’s uit den ouden doosch. Het zal begin jaren zeventig zijn geweest. Deze hierboven is tijdens de Duindigt Cross. Ik loop hier flink te stampen achter collega Henk Neuteboom, met wie ik destijds aan menig prestatieloop heb deelgenomen. Zijn vriendin Petra stuurde mij bijgaande foto’s vandaag toe, waarvoor mijn dank! De jongeman voor ons was overigens een vriend van Henks dochter.En dit was een van de roemruchte prestatielopen aan de Laan van Poot. Jazeker, dezelfde locatie waar ik nog steeds train. Maar ook toen al liep er een streepje – wat zeg ik? Meerdere streepjes – door mij heen. Deze lopen werden destijds georganiseerd door Joop Teljeur en er deden honderden mensen aan mee. Voor zover ik mij kan herinneren één keer per maand (of was het één keer in de veertien dagen? Wie het weet, mag het zeggen!) Geen snelle trainingsoutfits destijds, gewoon een t-shirtje, gymschoenen en een enkeling een campingsmoking. En haar, véél haar! De tijd van Woodstock, Kralingen en een enorme doorbraak van de pop- en rockmuziek met alle varianten van dien.Té gek, weeeetjewel………..

Knuffel eens een koe

Dat moet die bizonstier gedacht hebben, die verliefd werd op een koe. Hij stond vorig jaar met zijn kudde te grazen in een weiland, toen zijn belangstelling werd gewekt door een koe aan de andere kant van de afrastering.

‘Apart type’ dacht de bizon, ‘heel anders dan mijn vrouwen. En nog een lekker ding ook’. Smaak had die bizon wel, want het object van zijn liefde was een koe van het blauwe ras. Van adel dus, maar in weerwil van de naam blank van huid en vlezig op de goede plaatsen.

De koe voelde dat naar haar werd gekeken. Ze draaide zich om en viel bijna in rundzwijm. Wàt een spetter! Een ruige kerel met een machtig torso, een slank middel, strak kontje en een heleboel donkerbruin krulhaar over zijn hele lijf, keek haar met tedere blik aan.

Wat er daarna is gepasseerd, is lange tijd onduidelijk gebleven. Maar vandaag stond in bijna elke krant een berichtje van onderstaande strekking.

Hamont – In een wei in het Limburgse Hamont loopt sinds enkele weken een bijzonder diertje rond. Kobi is een kalf met een Belgische Blauwe koe als moeder en een Amerikaanse bizon als vader. ,,Deze kruising was niet gepland”, vertelt eigenaar Jos Rutten. De man baat the Flaming Star uit, een trainingsstal voor Western paarden. Hij gebruikt de koeien en bizons om cutting te trainen, een wedstrijd waarbij een koe gescheiden moet worden van een kudde.

,,De bizonstier is op een dag over het hek gesprongen en bij de koeien terecht gekomen.” Toen het kalfje enkele weken geleden geboren werd, schonk Rutten er geen extra aandacht aan. ,,Maar de laatste dagen zag ik het kalf sterk veranderen. Het heeft de kop en schouders van een bizon, maar het achterste en de nek van een koe. Het knort ook als een bizon”, lacht hij.

……En wat er verder gebeurde

Deze morgen eerst naar Hilversum gegaan voor mijn werk. Vanmiddag ben ik met mijn vader naar verzorgingshuis Deo Gratias gegaan, omdat er een kamer – in feite een klein appartement – is vrijgekomen. Mijn vader is 89 jaar, en hoewel nog steeds goed in staat om voor zichzelf te zorgen, heeft hij aangegeven niet afwijzend tegenover een verzorgingsflat te staan. De kamer was niet groot, maar met een mooie laminaat vloerbedekking, keukentje, badkamer en voldoende kastruimte. En mooi uitzicht over de Nieuwe Scheveningse Bosjes. De dame die ons rondleidde en met wie wij naderhand een aantal zaken doornamen bleek zeer kordaat; ze adviseerde vader met zachte edoch besliste dwang om van het aanbod gebruik te maken. Hetgeen hij deed. De komende tijd zal wel het een en ander geregeld moeten worden, maar daar komen we wel uit.

Wachtend op de taxi, kwam een van onze beste vrienden binnen, in gezelschap van zijn vader. Uitgerekend op deze zelfde dag bleek die vader voor Deo Gratias te worden ingeschreven.

Na bij vader thuis wat formulieren te hebben ingevuld, ging ik naar het ministerie om wat te fitnessen. Angela (de fitness-juf) bood aan mijn vetpercentage te meten. Dat bleek normaal te zijn, 16% bij een gewicht van 79.1. Echter mijn gegevens stonden in de computer, in 2003 bedroeg het percentage 11% bij een gewicht van 76.5 kilo. En een jaar later 18% bij een gewicht van 80 kilo. Leuk om te zien, zulke dingen vergeet je gewoon.

Navelstaren na Koninklijke Tien

Vandaag liep ik The Hague Royal Ten, en ik was bepaald niet de enige. Er waren zoveel lopers, dat al bijna van het kleine broertje van de CPC gesproken kan worden. Recreatielopers, Business-runners en leden van Haagse atletiekclubs waaronder uiteraard van de organiserende vereniging The Hague Road Runners, ze gingen allemaal voor de bekendste 10 kilometer wegwedstrijd van de residentie.

De start was ditmaal aan het Bezuidenhout. Dit in verband met de Pasar Malam op het Malieveld, de startlocatie van vorige edities. Maar eigenlijk was ook dit geen gekke plek.
Door omstandigheden – ik moest nog boodschappen doen en voorbereidingen treffen voor het avondmaal, onverwachte eters – was ik laat bij de inschrijving en startte ik helemaal achteraan. Daardoor duurde het zeker twee minuten voordat ik over de tijdregistratiemat kwam. Daarna heb ik echter tien kilometer lang lekker en voor mijn gevoel vlot gelopen. En ik heb alleen maar ingehaald. De eindtijd was 46’56” netto, dik tevreden. Die 45 minuten heb ik niet gered, nou ja, jammer dan.

Haag-atleten na de loop, met van v.l.n.r.: Ton van Westbroek, René Kropman, Henk Moesman en Mike Vrolijk. Op de achtergrond tussen Henk en Mike in: Michel Out Wat Hans Verbeek al aangaf: ‘op onze leeftijd is stilstand al vooruitgang’. Daar zit iets in. De tijden van weleer loop ik nooit meer, consolideren is al een mooi ding, maar toch ga ik het ‘lichaamsgewicht-experiment’ aan. Als ik er ietsepietsje sneller van wordt, ben ik dik (oh nee, juist niet….) tevreden. Om eventuele bezorgde reacties vóór te zijn: ik ga niet voor ‘anorexia!’Was ik afgelopen zondag nog ruim 80 kilo, in een week tijd is dat – door een streng regime – teruggelopen tot 78,5 kilo. Dat is mooi, maar we zijn er nog niet. Mijn streven is om aan het eind van de zomer 74 kilo te wegen. Of dat haalbaar is? We zien wel. Ik heb het hier opgeschreven, een prikkel te meer om het te bereiken want er zijn nu getuigen…..Nou, genoeg genavelstaard. De anderen van HAAG hebben – zo hoorde ik in mijn omgeving – goed gelopen, zeker ook de mensen van groep Westbroek/Ramakers. Kortheidshalve beperk ik mij tot deze groep. Helmie – die mij bijgaande foto’s toezond – werd vierde dame en eerste dame bij de veteranen. Dat betekent dus de hoogste plaats op het ereschavot! Zij wordt geflankeerd door clubgenote Sylvia Dingemans op de derde plaats. Nummer twee heet Diny Bosker en komt uit Friesland. Haar reis uit het verre noorden is dus niet voor niets geweest!Van diezelfde groep liepen verder vooral Rutger Kramer en Mike Vrolijk goed. Mike liep 37 minuten (dacht ik), terwijl Rutger – hetgeen ik al eerder voorspelde – in de 36 minuten liep. Hij werd daarmee tiende senior! Overigens maakte Mike deel uit van een business-team, namelijk van het Ministerie van Justitie. Hij werd daar derde van zijn team. Ja, justitie heeft snelle lopers!! André Timmerman liep een keurige 43 minuten, ook hij steekt weer goed in zijn vel.

Donderdag is er weer een loop, The Golden Ten in Delft. Evenals vorig jaar ga ik er heen, maar of ik er vijf of tien kilometer ga lopen is nog niet duidelijk. Wel moet ik na die loop snel naar Den Haag voor een toneelvoorstelling die al om 18.00 uur begint (de Oresteia).

Toch maar naar de Da Vinci Code

Een gevoel van wantrouwen en dwarsheid bekruipt mij bij hypes, onverschillig of het nu om Marco Borsato, Pim Fortuyn, Harry Potter of de Da Vinci Code gaat. Die obstinaatheid manifesteert zich door juist niet die cd of dat boek te kopen, of die film te gaan zien. Zoiets van: ik bepaal zelf wel wat ik goed vind, niet de hype.

Maar toegegeven, een beetje nieuwsgierig wordt je wel. Wat drijft hele volksstammen – 40 miljoen naar schatting – ertoe om een boek als de Da Vinci Code te lezen? En dat nog eens tien-, zo niet honderdduizenden pelgrimstochten naar het Louvre ondernemen om de zoektocht van schrijver Dan Brown – uiteindelijk toch ook maar een fantasie – nog eens dunnetjes over te doen of daarop voort te borduren?

Kortom: toen het weerbericht aangaf dat het vandaag puin zou worden, besloot ik naar de bioscoop te gaan om de verfilming van de Da Vinci Code te zien. Het boek heb ik dus niet gelezen.Wat vond ik ervan? Tja, om nu te zeggen dat het de aanrader van de eeuw is, nou nee. Echt slecht is de film niet, ik begreep uit recensies dat het een nauwgezette verfilming van het boek is. En dat zal best een hele toer zijn geweest. In het boek wordt heel veel uitgelegd, zo wil de auteur de lezer steeds dichter bij ‘het eeuwenoude geheim van het christendom’ laten komen.De film zelf is een regelrechte thriller. Rode draad is een – fictieve – zoektocht naar de Heilige Graal, op zichzelf een aloud gegeven. Gaandeweg wordt erop gezinspeeld dat Jezus ook maar gewoon een mens was en nakomelingen heeft die in Frankrijk wonen. Het Laatste Avondmaal van Leonardo da Vinci zou daarvoor aanwijzingen geven.

Regisseur Ron Howard is er deels in geslaagd de roman te verfilmen. Daarbij speelt de techniek een belangrijke rol. Als Tom Hanks in de rol van professor Robert Langdon, specialist in het duiden van religieuze symbolen en anagrammen, met zijn Franse kompaan Sophie (Audrey Tautou) historische plekken bezoekt, verandert die locatie – bijvoorbeeld een leeg plein – in een overvolle, middeleeuwse marktplaats waar heksen worden verbrand, of een verlaten kathedraal stroomt vol met devote aanbidders van Jezus. Zo wordt de sfeer van de middeleeuwen tastbaar.

Omdat veel moet worden uitgelegd, vervalt de film vaak in lange monologen, en dat maakt het verhaal juist extra complex. Er wordt veel van het concentratievermogen gevergd, je hoeft maar even af te dwalen met je gedachten (en dat overkomt mij nogal eens) of je bent essentiële informatie kwijt. Juist door dat gepraat van de acteurs ging voor mij de vaart eruit. En dat terwijl er best soms uitgesproken gewelddadige actiescènes in voorkomen, dat moet tegenwoordig in elke Amerikaanse kaskraker geloof ik. Zoals die waar de (zich engel Gods wanende) albino monnik Salis iedereen die op zijn pad komt vermoordt, of die scène van een wilde achtervolgingsscène door volle straten. Toch krijgt de verveling bij al die lange monologen en onverhoedse ingevingen al snel de overhand.
Dat de hoofdrolspelers Tom Hanks en vooral zijn metgezel Audrey Tautou de uitstraling van een fletse vaatdoek hebben, helpt daarbij niet echt. De Oscars zullen vermoedelijk wel aan hun neus voorbijgaan met deze rollen.

Sterkere vertolkingen zijn van acteurs die de bijrollen vervullen, zoals die van Ian McKellen als de kreupele Sir Leigh Teabing die de twee vluchtelingen helpt om de achtergrond van de Heilige Graal te begrijpen. De andere bijrollen worden ook door toppers vertolkt zoals Paul Bettany als de albino monnik Silas die in opdracht van Opus Dei moordt en Jean Reno als de Franse detective die de zaak onderzoekt.

Zie voor uitgebreidere recensies van de film bijvoorbeeld hier of hier.

Mei in Meyendel

Donderdag was buiten verwachting een prachtige dag. Wel veel wind, maar vooral ‘s middags liet zich een strakblauwe lucht zien, met veel zon en een prima temperatuur.

Overdag ben ik onder meer in de tuin bezig geweest, nadat ik bij het tuincentrum een grote zak aarde had gekocht. Er moest nog wat groen bij de schaduwkant van de schutting (Een olijfwilg, maagdenpalmpjes en hosta’s) worden geplant.
Vervolgens werd het warm genoeg om te gaan zonnen in de tuin, met de discman en ‘Ronalds oortjes’ op.

In de namiddag had ik met Ellen afgesproken. Ellen ken ik al jaren ‘van de trein’, maar we hadden elkaar al heel lang niet meer gezien. Laatst had ze mij uitgenodigd voor een Housewarmingparty van haar en haar vriendin Monique. Ik kon toen niet, dus spraken we af om snel eens bij te praten. Dat werd dus vandaag. Van de Lange Voorhout, waar ze werkt, zijn wij spontaan naar Meijendel gefietst. Na een wijntje op het terras van Boerderij Meijendel hebben we een wandeling gemaakt van anderhalf uur door het paradijselijke natuurgebied dat Meijendel is. Bijzonder was ook de vogelobservatiepost bij een van de duinmeertjes: in één oogopslag zagen wij een knobbelzwaan, een fuut op zijn nest, een aalscholver die steeds onderdook en op de meest onverwachte plaatsen weer opdook, een dodaars, diverse soorten eenden en een reiger. Dat het woord paradijselijk nog een eufemisme is, daarvan getuigen bijgaande foto’s.Na afloop teruggefietst door de duinen – best pittig, tegen de wind in – en bij Peukie, een van de oudste en bekendste strandtenten van Scheveningen, een hapje gegeten. Het was een buitengewoon goed bestede namiddag en eerste deel van de avond, waaraan de zon zeker zijn steentje heeft bijgedragen. Strand gezien vanaf de befaamde strandtent ‘Peukie’